Arbo- en arbeidstijdenwet
De Arbo- en de Arbeidstijdenwet leggen de werkgever verplichtingen op om werknemers te beschermen met het oog op veilig en gezond werken. Elke beroepsgroep kent zijn eigen risico's, fysiek en mentaal. Dansers werken bijvoorbeeld met vergelijkbare risico's als topsporters, musici kunnen gehoorschade oplopen, RSI en stress komen in alle disciplines voor.
Voor wie?
De regels van de Arbo- en Arbeidstijdenwet zijn van toepassing op iedereen die werkt ‘onder gezag’. Naast werknemers vallen dus ook stagiaires, vrijwilligers en uitzendkrachten onder deze wetten. De Arbowet is ook van toepassing op studenten in het hoger onderwijs.
Werkt een zelfstandige alleen, dan gelden deze wetten niet. In die zin ben je dus als werknemer beter beschermd. Als zelfstandige krijg je in de volgende situaties wél met deze wetten te maken:
- de Arbowet: wanneer er vrijwilligers (vrienden), stagiaires of meer in het algemeen personen onder jouw gezag werken: in dat geval heb je dezelfde verplichtingen als een werkgever voor wat betreft de Arbowet;
- de Arbeidstijdenwet: deze is op zelfstandigen van toepassing wanneer de veiligheid van derden in het geding is, zoals in het vervoer.
De Arbowet
De Arbowet is gericht op het voorkómen van ongevallen en beroepsziekten. De werkgever moet de risico's in kaart brengen in een Risico Inventarisatie en Evaluatie (RIE), een plan van aanpak opstellen en zo nodig aanpassen naar de nieuwste inzichten. Er moet ook beleid zijn in het kader van sociale veiligheid. Denk aan het voorkomen van discriminatie, seksuele intimidatie, agressie, pesten en geweld.
Elk bedrijf moet minimaal één preventiemedewerker in dienst hebben. Als het bedrijf maximaal 25 werknemers in dienst heeft, mag de werkgever zelf deze functie vervullen. Samen met de bedrijfsarts en andere arbodienstverleners vormt de preventiemedewerker zo een team.
De regels in het Burgerlijk Wetboek bepalen of, en zo ja hoe, een schadevergoeding gevraagd kan worden na overtreding van de Arbowet door de werkgever. Bijvoorbeeld bij een ongeval of beroepsziekte. Voor een werknemer is dit juridisch veel gemakkelijker dan voor een zelfstandige.
Direct naar:
De Arbeidstijdenwet: uitzonderingen en aanvullingen
In de Arbeidstijdenwet zijn regels vastgelegd voor werk- en rusttijden. Er zijn uitzonderingen in opgenomen voor bepaalde sectoren, specifieke regels voor kinderen en het werken rond een zwangerschap en nachtdiensten. Indien de regels niet kunnen worden nageleefd, moet de werkgever andere oplossingen zoeken en bijvoorbeeld extra krachten inhuren, of de reistijd verkorten door overnachtingen in de buurt van de locatie.
De Arbeidstijdenwet gaat uit van maximale arbeidstijden en minimale rusttijden. Het maakt daarbij niet uit voor hoeveel werk- en/of opdrachtgevers je die uren maakt. Denk hier dus aan als je naast een dienstverband ook als zelfstandige werkt. Die uren tellen ook mee! Wanneer een werknemer zich niet aan de regels houdt, riskeert de werkgever een boete en straf. Vandaar dat er in een aantal cao’s staat dat de werknemer toestemming nodig heeft voor andere werkzaamheden.
De Arbeidstijdenwet is niet van toepassing op werknemers die op jaarbasis meer dan driemaal het minimumloon verdienen. Tenzij het om gevaarlijk werk gaat. Daarnaast zijn onder andere podiumkunstenaars uitgesloten van de arbeidstijdenwet.